Sinds 1979 onderzoekt Marjolijn van den Assem het werk van Friedrich Nietzsche en zet ze haar bevindingen om in tekeningen, schilderijen en ruimtelijke werken. Over de taal van de dooiwind schrijft ze: Een Nietzsche citaat was het uitgangspunt van de denkweg die ik volgde.
‘Is het een wonder dat hierbij veel ondoordachts en dwaas aan het licht komt, veel baldadige tederheid, verspild zelfs …’, vroeg Nietzsche zich af. Zo ook ik: vele series tekeningen, schilderingen en ruimtelijke werken tonen in dit boek hun ontstaansgeschiedenis.
Het werk van Marjolijn van den Assem (1947) is vertegenwoordigd in museum-, bedrijfs- en privécollecties.